Op bezoek bij de laatste oudstrijders van Marke

Marcel Vandenabeele heeft veel souvenirs en krantenknipsels. © EDB
Redactie KW

Met de verschillende herdenkingen is de novembermaand een speciale maand voor mensen die een oorlog meemaakten. In Marke ontmoetten we de laatste twee oudstrijders. Marcel Vandenabeele (93) en Gabriel Breye (92) stonden ons graag te woord.

Marcel liep school in het Atheneum in Kortrijk en werd aangesproken om bij de weerstand te gaan. “Samen met Romain Bonte en Adrien Kindt ging ik daarbij”, vertelt hij. “We hebben veel meegemaakt en we gingen van her naar der. Het was een geheim leger. Onze familie wist niet waar we ons bevonden.” Marcel was nog in een vervoercompagnie en werkte nog als verpleger bij een dokter.

Op 12 februari 1945 werd Marcel opgeroepen als oorlogsvrijwilliger. “Toen de oorlog nog bezig was hier, zat ik in het kasteel Gruuthuse in Oostkamp. Daar heb ik mijn aanvraag gedaan om naar de rijkswacht over te gaan. Op 6 maart 1946 ging ik naar Brussel om mijn opleiding te starten bij de rijkswacht.

Bij de rijkswacht

Doordat Marcel zijn talen kende, kon hij na zijn opleiding bij de rijkswacht onmiddellijk bij de Belgische delegatie van de Navo terecht. Zo deed hij verschillende missies als officier bij de beveiligingsdienst van de rijkswacht. Hij vertrok naar Jeruzalem en ging van daaruit naar Somalië, Pakistan, Togo, Laos en de Gazastrook op missie. “Overal waar het slecht ging in de wereld ging ik naar toe. Telkens was het zorgen dat je niet doodgeschoten werd.”

Hij woonde met zijn echtgenote Erna Foulon veel in het buitenland, tot in 1967. “Dan ben ik teruggekeerd naar de rijkswacht in Brussel. Ik bleef er tot de jaren tachtig. We woonden toen ook al in Marke”, vertelt Marcel.

“Overal waar het slecht ging in de wereld was ik erbij”- Marcel Vandenabeele

Bij Gabriel Breye was de periode in het leger veel korter en alles stopte na de oorlog. “Ik ben gaan werken bij mijn vader in het vlas toen ik 14 jaar was”, vertelt Gabriel. “Het fabriekje werd in brand gestoken tijdens de oorlog. Dan trok ik twee jaar naar Brussel om er een school te poetsen en ik werkte daarna nog in de pannenfabriek. Toen was er bijna geen werk meer. Mijn oudere broer raadde me aan om me vrijwillig aan te melden als soldaat.”

Gabriel Breye.
Gabriel Breye.© EDB

Gabriel, die toen 19 jaar was, kon onmiddellijk beginnen. “Ik lag een maand in Linkebeek bij burgers en daarna ging het naar Oostende waar we de boot op moesten naar Belfast in Ierland om er zes maanden in een tentenkamp te blijven”, vertelt hij. “Daar heb ik leren rijden met de vrachtwagen en werd ik al snel chauffeur ordenance van de commandant van het kamp.”

Na de oorlog kwam Gabriel terug naar België en was er twee maanden vrachtwagenchauffeur in het leger. “Dan mocht ik tekenen voor drie jaar maar ik zou naar Duitsland moeten gaan en dat wou ik niet”, vertel Gabriel. Hij werd chauffeur bij Vanfleteren Billiet in Marke en later voor een grossier in Maldegem. Gabriel trouwde met Laurette Malfait en kreeg een dochter en een zoon. Er zijn ondertussen ook al drie kleinkinderen en twee achterkleinkinderen. Het koppel woonde in Marke. Zowel Laurette als Gabriel verblijven ondertussen allebei in woonzorgcentrum De Ruyschaert in Marke.

Herdenkingen

Gabriel gaat niet meer naar herdenkingen: “Ik ben er vorig jaar de laatste keer naar toe geweest, maar ik stap niet zo goed meer.” Marcel mist herdenkingen niet graag. Vorig weekend ging hij naar Kortrijk en op 15 november trok hij naar het Te Deum in de Sint-Maartenskerk. Hij is Ridder in de Kroonorde en in de Leopoldsorde, heeft een erediploma als groot-officier in de Orde van het Belgisch Kruis én de gouden medaille van de verdienste van de Nationale Federatie der Oorlogsvrijwilligers.”

Marcel kan gelukkig weer stappen. Twee jaar geleden was hij één van de gewonden tijdens het ongeval toen een wagen inreed op de menigte die naar de herdenking kwam. Een maand later overleed zijn echtgenote Erna. “De moraal is beter als je weer weg kan”, zegt Marcel, die soms nog schildert. “Mijn schilderijen hangen over de hele wereld rond. Ze zijn ook op verschillende plaatsen in de wereld geschilderd. Ik stelde zelfs nog tentoon in Egypte.” Ook daarvan kan Marcel ons onmiddellijk krantenknipsels tonen. De herinneringen zijn bij Marcel nooit ver weg.

(Els Deleu)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier