Willy Vanlandschoot uit Knokke bouwt ooievaarsnesten: “Gratis en voor niets”

Willy Vanlandschoot in zijn eigen tuin. © DM
Redactie KW

“Sinds ik met pensioen ben, blijft er geen tijd over”, zegt Willy Vanlandschoot (70). Willy strikken voor een interview wordt inderdaad alsmaar moeilijker. Want het minste wat men kan zeggen is dat Willy een gevuld en inspirerend leven heeft. Imker, gids in het Zwin Natuur Park, teller van zwaluwnesten, compostmeester… en bouwer van ooievaarsnesten.

Dat Willy Vanlandschoot aan een late roeping als gids in het Zwin Natuur Park bezig is, verbaast ons niet. Willy is een dynamische spraakwaterval die een flinke portie humor mengt met parate kennis. Met hem kan een rondleiding nooit saai zijn. “Tweemaal vijfendertig”, antwoordt Willy, die in april eenenzeventig wordt, op de vraag naar zijn leeftijd.

“Ik ben metaalbewerker van opleiding. Op mijn eenentwintigste waren mijn centen halfweg de maand steevast op. (grijns) Ik moest dus iets zoeken waarmee ik veel geld verdiende. Toen ben ik met Albion Tours toerisme met autobussen beginnen aanbieden. Ik heb dat zeven jaar gedaan. Tot uiteindelijk mijn vrouw mij voor de keuze stelde. Ben je getrouwd met de autobussen of met mij, vroeg Marleen. Ik moest een keuze maken. Ik verdiende enorm veel geld, maar ik was nooit thuis”, aldus Willy die voor de liefde koos en overschakelde naar transport.

Veel studeren

“Bij het ondertussen ter ziele gegane Mat Transport Zeebrugge reed ik als vrachtwagenchauffeur vooral op Engeland. Ik ging duizenden keren over per boot of reed naar Engeland via de tunnel in Calais. Op mijn zestigste ging ik vervroegd met pensioen. (brede glimlach) In het spoor van mijn echtgenote werd ik natuurgids in het Zwin Natuur Park waar ik rondleidingen geef aan groepen. Het is met voorsprong de moeilijkste job die ik ooit deed. (blaast) Ik volgde een cursus bij CVN. Het was een jaar hard en veel studeren. Naast een pak leerstof, moesten we als ‘meeloper’ op het terrein ervaring opdoen. Na één jaar volgde een mondeling, een schriftelijk en een praktijkexamen. Daarna moesten we nog een thesis maken”, legt Willy uit.

Natuurgids zijn in het Zwin is met voorsprong de moeilijkste job die ik ooit deed

“Ze geven het diploma echt niet cadeau. We zijn begonnen met dertig kandidaat-gidsen. We haalden de finish met een tiental. Ik kan zeggen dat ik veel van de natuur ken, maar niet alles. De persoon die alles kent, moet nog geboren worden”, aldus Willy die de brede interesse voor de natuur van zijn vader erfde.

“Met mijn pa trok ik als jonge gast mee naar de zee om garnalen met een sleepnet te vangen. De natuur is prachtig en inspirerend. Er schuilen een pak mysteries waar we met ons menselijk verstand niet bij kunnen. Hoe zit het superorganisme van een bijenkolonie in mekaar? Hoe weet een dar wanneer hij de koningin kan bevruchten? Hoe vindt een ooievaar die in het Zwin geboren is de weg naar Spanje zonder gps, landkaart of wegaanduiding? Ik kan zo nog een tijdje doorgaan, want er komen nog dagelijks onbeantwoorde vragen bij”, zegt Willy, die ook de zwaluwnesten in Knokke-Heist telt en de vogels ringt.

Willy Vanlandschoot bouwt op aanvraag ooievaarsnesten op hoge palen.
Willy Vanlandschoot bouwt op aanvraag ooievaarsnesten op hoge palen.© DM

“Het is een project van de milieudienst. Momenteel zijn er in onze gemeente 340 zwaluwnesten. Dat is een kleine daling. De reden? Simpel: het beton dat overal op de boerenerven gestort wordt. Vroeger lagen de erven er slijkerig bij. En wat heeft een boerenzwaluw nodig om een nest te bouwen? Water en modder. De huiszwaluw wordt dan weer door de mens verdreven, omdat men geen vogelpoep voor de deur wil”, vertelt Willy.

“Eigenlijk begon ik toevallig met de bouw van ooievaarsnesten. Al zeg ik het zelf: ik ben nogal handig. Ik ben in Knokke-Heist ook compostmeester. Als er iets moet hersteld worden dan komt men bij mij terecht. Zo was er een drietal jaar geleden een vrouw van de milieudienst die in haar tuin een ooievaarspaal wilde. Zij vroeg mij om een nest te maken. Omdat ik mensen niet graag ontgoochel, stemde ik toe. Op voorwaarde dat de dame voor de paal zou zorgen, hem zou laten rechttrekken en stevig in de grond verankeren. Eigenlijk is een ooievaarsnest maken niet zo moeilijk. Van nature uit maakt een ooievaar een nest op een plat dak. Daarop kan de hij makkelijk landen. Een ooievaar landt altijd tegen de wind in.”

Als basis gebruik ik betonijzers die ik aan mekaar las tot een metalen raam

“Een gemiddeld ooievaarsnest heeft een diameter van 1,20 meter. Dat mag zeker niet kleiner zijn, maar het nest mag ook niet te groot zijn. Als basis gebruik ik betonijzers die ik aan mekaar las tot een metalen raam. Het nest wordt voorzien van vier steunen. Op het metalen raamwerk komt een jutezak want als de ooievaar landt, mag hij er niet doorschieten. Het nest wordt afgewerkt met wilgentakken, die in elkaar geweven worden met jute en vlasdraden. Daaronder komt een acht meter lange paal. In Westkapelle bouwde ik een nest op een oude betonnen verlichtingspaal. De andere zijn gebouwd op oude telefoonpalen.”

Een gemiddeld nest heeft een diameter van 1,20 meter.
Een gemiddeld nest heeft een diameter van 1,20 meter.© iStock

“Ondertussen bouwde ik al drie ooievaarsnesten en er meldde zich nog een kandidaat. Wat zo’n nest maken kost? Niets, ik doe dat volledig gratis. Het is een van mijn hobby’s. (lacht) Weet je, ik raad mensen altijd aan om niet op pensioen te gaan en te blijven doorwerken. Want dan blijft er voldoende tijd voor jezelf. Als je eenmaal met pensioen bent en veel hobby’s hebt, blijft er geen tijd meer over!”

Menselijke trekjes

Vanwaar de ijver om nog extra ooievaarspalen te bouwen, aan en rond het Zwin Natuur Park staan ze toch met trosjes? “Klopt, maar steeds vaker zwermen de ooievaars uit. Vroeger werden ze aan het Zwin dagelijks om 15 uur gevoederd. Door de druk van natuurverenigingen werd het voederen verboden. Dus zwermen de ooievaars uit en zoeken ze op erven of in weiden naar voedsel. Of ze komen naar woningen waar ze wel nog eten krijgen. Een ooievaarspaal is prachtig, maar je moet een grote tuin hebben. Een ooievaar is met een vleugelbreedte van 2,10 tot 2,20 meter vergelijkbaar met een vliegtuigje dat bovendien tegenwind moet kunnen landen. Dat betekent dat ooievaars een aanvliegroute nodig hebben. Ooievaars hebben heel wat menselijke trekken. Het mannetje is trouw aan zijn nest maar niet aan zijn vrouwtje. Wat mij aantrekt? Het zijn grote vogels die fantastisch kunnen klepperen. Als je die taal zou kennen en weten wat mijnheer en mevrouw tegen elkaar zeggen, dan zou je grote ogen trekken! Jammer genoeg kan ik zelf geen nestpaal plaatsen. Mijn tuin is te klein.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier